“Inspirerend”, “ontroerend”, “hoopgevend”, het zijn slechts een paar reacties op de bijeenkomst van de New Connections Day in de Domkerk vanmorgen, waar internationale, nationale en lokale “connectors” met elkaar in gesprek gingen over de vraag: “Wat beweegt mij om het goede te doen?”
Na een korte introductie van initiatiefnemer Bright Richards werd het programma geopend met een bijzondere combinatie van kunsten: een recitatie van imam Ibrahim Çavdar, zang door chazan Lies Muller en een gedicht door Richards zelf.
Don’t tolerate, appreciate
Een speech van publiciste Karen Armstrong volgde. Armstrong riep op tot compassie, geen medelijden en, opmerkelijk, eigenlijk ook geen tolerantie, want: “tolerantie is het naast je neer leggen van verschillen, we moeten ze juist omarmen. Don’t tolerate, appreciate.”
De gouden regel is volgens Armstrong een belangrijk uitgangspunt: wat u niet wil dat u geschiedt, doet dat ook een ander niet. We kennen hem allemaal wel, maar leven er nog niet (genoeg) naar, aldus Armstrong. “Je hoort soms mensen zeggen ‘zo ik heb mijn goede daad voor de dag weer gedaan’, alsof ze vervolgens weer legitiem hebzuchtig en egoïstisch op de bank kunnen gaan zitten. Compassie gaat verder dan een enkele daad, het is er altijd en overal en, erg belangrijk, voor iedereen: vriend, maar ook vijand. We kennen allemaal pijn, we zouden samen verantwoordelijkheid moeten nemen voor de pijn in de wereld. Samen huilen bindt.”
Delen bindt
In het muzikale intermezzo blijkt dat niet alleen samen huilen bindt. Samen dansen bindt evenzeer. Richards weet het hele publieke zover te krijgen een dansje te wagen op de muziek van accordeonist Oleg Fateev. Zelfs rabbijn Awraham Soetendorp, die vervolgens ietwat hijgend aan zijn toespraak begon: “Het lijkt wel een familiefeest, alleen hoef ik daar niet na het dansen te speechen.” Ook Soetendorp doet een beroep op ieders compassie: “Kwaadheid is besmettelijk, maar goedheid ook. Wanneer je deelt in de pijn, deel je uiteindelijk in de troost.”
Na al deze wijze woorden is het tijd voor het interactieve deel van het programma: het publiek wordt gevraagd hun antwoord op de vragen “Wat beweegt mij om het goede te doen?” en “Wat weerhoudt mij ervan het goede te doen?” op een kaartje te schrijven. Een open en eerlijk gesprek tussen het publiek, de ‘Raad van Wijze Vrouwen’ en presentatoren Richards en Annemieke Schrijver volgt.
Meer dan kopjes thee drinken
De ochtend wordt afgesloten met een duet van imam Çavdar en chazan Muller en een aansluitende brunch waar de boel nog eens grondig kan worden doorgesproken.
Veronique Lindenburg: “Ik vond het erg mooi, goed en het geheel had een prettig wetenschappelijk gehalte. Ik hou me bezig met de moskee en kerkloop dus ik ben veel met het onderwerp ‘interreligieuze dialoog’ bezig. Maar ik moet zeggen, deze ochtend was wel meer dan kopjes thee drinken. Dat klinkt misschien vreselijk elitair, maar ik bedoel ermee te zeggen dat ik nog wel een verschil merk in hoe er over dingen gepraat wordt. Hier is dat toch opener dan de gesprekken waar ik bij zit, maar ook daar merk ik dat de weerstand verminderd door te praten en dat blijft toch mooi om te zien.”
Ook rabbijn Soetendorp is ontroerd door de verbindingen die er deze ochtend zijn gelegd: “Het feit dat Bright Richards dit met een visioen heeft opgezet om mensen te binden heeft er alleen al voor gezorgd dat ik hierheen ben gekomen. Gisteren zat ik nog in Israel. Zo’n individuele kracht die mensen samenbrengt is fantastisch, zeker als je de kracht van zoveel verbindingen tezamen ziet. Kijk alleen al naar de samenzang van de imam en de chazan. Dat vergt durf en liefde.”
Niets is verloren
Soetendorp is misschien zelf wel het grootste voorbeeld van Armstrongs oproep tot compassie: “Een SS-officier heeft mij als baby van drie maanden laten gaan. Hij zei: ‘wat jammer dat dit een Joods kind is’ en kwam pas de volgende dag weer terug zodat wij een kans hadden om te vluchten. De les die ik daaruit heb geleerd is dat zolang de blik van een baby iemands hart kan bereiken, is er niets verloren en is alles gewonnen.”
Compassie of egoïsme?
Voor Annemieke Bok zat de compassie vandaag in iets veel kleiners: “Iemand vroeg of hij een kraanvogel voor me mocht vouwen”, in haar hand houdt ze een lila kraanvogel, “compassie zit hem voor mij in de kleine dingen.” Tijdens het interactieve debat vertelde Bok over haar depressie: “Een depressie werkt enorm verlammend, dat maakt het soms lastig om compassie naar anderen toe te hebben. Als je niet van jezelf houdt is het moeilijk om van een ander te houden.” Toch doet Bok dat wel, zo vertelt ze vol liefde over het gezin uit Kosovo dat ze Nederlandse les geeft. “Het voelt niet als helpen, we doen het samen. Iedereen wil gezien worden en wij zien elkaar.”
Lindenburg: “Het is fijn als iemand oog heeft voor hoe het met jou gaat. Ik merk dat het enorm wordt gewaardeerd als ik even mijn hand op iemands schouder leg. Maar het is soms ook eng: ‘Dwing ik mezelf niet op?’, ‘Word ik niet afgewezen?’, je blijft toch ook bezig met je eigen ego.”
Wellicht wordt dat alleen nog maar benadrukt door de gouden regel: wat u niet wil dat u geschiedt, doet dat ook een ander niet. Kennelijk moeten we de zaken eerst op onszelf betrekken voordat we kunnen voelen hoe het voor de ander moet zijn. Lindenburg: “En dan liggen compassie en egoïsme opeens weer heel dichtbij elkaar.”
(uit: www.duic.nl: new-connections-dayinspirerend-ontroerend-en-hoopgevend